UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2304 VAN DE COMMISSIE
van 10 december 2015
tot verlening van een vergunning voor een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase en endo-1,3(4)-bèta-glucanase geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. nov. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor kalkoenen gehouden voor mest- en fokdoeleinden (vergunninghouder Adisseo France SAS)
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de vergunningsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een aanvraag ingediend voor een vergunning voor het preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase EC 3.2.1.8 en endo-1,3(4)-bèta-glucanase EC 3.2.1.6 geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. nov. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702. De krachtens artikel 7, lid 3, van die verordening vereiste gegevens en bescheiden zijn bij de aanvraag verstrekt. |
(3) |
Die aanvraag betreft de verlening van een vergunning voor het preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase EC 3.2.1.8 en endo-1,3(4)-bèta-glucanase EC 3.2.1.6 geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. nov. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle gangbare en minder gangbare pluimveesoorten gehouden voor mest-, leg- en fokdoeleinden, in de categorie „zoötechnische toevoegingsmiddelen”. |
(4) |
Het gebruik van dat preparaat was voor een periode van tien jaar toegestaan voor mestkippen, opfokleghennen en voor minder gangbare pluimveesoorten gehouden voor mest- en legdoeleinden bij Uitvoeringsverordening (EU) 2015/661 van de Commissie (2). |
(5) |
De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 28 april 2015 (3) geconcludeerd dat het preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase EC 3.2.1.8 en endo-1,3(4)-bèta-glucanase EC 3.2.1.6 geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702 onder de voorgestelde gebruiksvoorwaarden geen ongunstige effecten heeft voor de diergezondheid, de gezondheid van de mens of het milieu en dat het de voederconversie bij mestkalkoenen aanzienlijk verbetert. Deze conclusie kan worden uitgebreid tot opfokkalkoenen. Specifieke voorschriften voor toezicht na het in de handel brengen acht de EFSA niet nodig. De EFSA heeft ook het verslag over de analysemethode voor het toevoegingsmiddel voor diervoeding gecontroleerd, dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend. |
(6) |
Uit de beoordeling van het preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase en endo-1,3(4)-bèta-glucanase blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. Het gebruik van dat preparaat zoals omschreven in de bijlage bij deze verordening moet daarom worden toegestaan. |
(7) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor het in de bijlage omschreven preparaat, dat behoort tot de categorie „zoötechnische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep „verteringsbevorderaars”, wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 10 december 2015.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.
(2) Uitvoeringsverordening (EU) 2015/661 van de Commissie van 28 april 2015 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase en endo-1,3(4)-bèta-glucanase geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. nov. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702 als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor mestkippen, opfokleghennen en voor minder gangbare pluimveesoorten gehouden voor mest- en legdoeleinden (vergunninghouder Adisseo France S.A.S.) (PB L 110 van 29.4.2015, blz. 1).
(3) EFSA Journal (2014); 13(5):4106.
BIJLAGE
Identificatienummer van het toevoegingsmiddel |
Naam van de vergunninghouder |
Toevoegingsmiddel |
Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode |
Diersoort of -categorie |
Maximumleeftijd |
Minimumgehalte |
Maximumgehalte |
Overige bepalingen |
Einde van de vergunningsperiode |
||||||||||||
Activiteitseenheden/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 % |
|||||||||||||||||||||
Categorie: zoötechnische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: verteringsbevorderaars. |
|||||||||||||||||||||
4a22 |
Adisseo France SAS |
Endo-1,4-bèta-xylanase EC 3.2.1.8 en endo-1,3(4)-bèta-glucanase EC 3.2.1.6 |
Samenstelling van het toevoegingsmiddel: Preparaat van endo-1,4-bèta-xylanase (EC 3.2.1.8) en endo-1,3(4)-bèta-glucanase (EC 3.2.1.6) geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. nov. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702, met een minimale activiteit van:
Karakterisering van de werkzame stof: Endo-1,4-bèta-xylanase (EC 3.2.1.8) en endo-1,3(4)-bèta-glucanase (EC 3.2.1.6) geproduceerd door Talaromyces versatilis sp. nov. IMI CC 378536 en Talaromyces versatilis sp. nov. DSM 26702. Analysemethode (2): Voor de kwantificering van de endo-1,4-bèta-xylanaseactiviteit:
Voor de kwantificering van de endo-1,3(4)-bèta-glucanaseactiviteit:
|
Mestkalkoenen Opfokkalkoenen |
— |
endo-1,4-bèta-xylanase 1 100 VU endo-1,3(4)-bèta-glucanase 760 VU |
— |
|
31 december 2025 |
(1) 1 VU (viscosimetrische eenheid) is de hoeveelheid enzym die het substraat (respectievelijk gerstbètaglucaan en tarwearabinoxylaan) hydrolyseert, waardoor de viscositeit van de oplossing vermindert, om een verandering van 1 (dimensieloze eenheid)/min in de relatieve vloeibaarheid te produceren bij 30 °C en een pH van 5,5.
(2) Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op het volgende adres van het referentielaboratorium: https://ec.europa.eu/jrc/en/eurl/feed-additives/evaluation-reports